Het vogelbroedseizoen staat voor de deur
Het zonnetje begint nu door te komen, de lente komt eraan! Sommige soorten zijn alweer druk in de weer voor het broedseizoen. Waarmee? Het opbouwen van hun nest! Niet alle vogels broeden op hetzelfde moment, maar tijdens het broedseizoen zijn alle nesten beschermd. Wat mag dus wel en wat mag niet? Dat leest u in dit artikel.
Wat is de broedperiode?
Omdat niet alle vogelsoorten op hetzelfde moment broeden en omdat dit mede afhankelijk is van de weersomstandigheden is er geen vaste periode vastgesteld. Er zijn voorbeelden van vroege broeders zoals de blauwe reiger en de bosuil. Deze beginnen in februari. En er zijn late broeders die nog broeden in augustus, zoals de houtduif.
Als richtlijn voor de broedperiode wordt meestal 15 maart tot en met 15 juli gehanteerd. Tijdens het broeden zijn alle vogelsoorten beschermd door de Wet natuurbescherming. Van sommige vogelsoorten, zoals de huismus en de gierzwaluw, zijn de nesten het gehele jaar beschermd, dus ook als ze niet in gebruik zijn.
Wat mag niet?
Broedende vogels, nesten (ook in aanbouw) en eieren mogen niet worden verstoord. Tijdens het broeden zijn vogels kwetsbaar, ook verstoring rondom het nest kan leiden tot een mislukt broedsel. Er mogen dan geen werkzaamheden worden uitgevoerd zoals het snoeien van bomen. De aanwezigheid van nesten is soms lastig vast te stellen, zij zitten immers niet altijd op een goed zichtbare plek. Als bezette nesten worden verwijderd, is er sprake van een economisch delict.
Wat mag wel?
Voordat de werkzaamheden aanvangen is het (voor iedereen) verplicht te beoordelen of er vogels broeden. Dit betekent dat op basis van veldinventarisatie moet worden vastgesteld of er (naast andere beschermde flora en fauna) nestelende vogels aanwezig zijn. Vervolgens wordt bepaald of de werkzaamheden een schadelijk effect hebben. Als er bezette vogelnesten gevonden worden moet er gewacht worden met de werkzaamheden totdat de laatste vogel het nest definitief heeft verlaten. Daarnaast mogen er ook maatregelen worden getroffen die voorkomen dat algemene vogels tot broeden komen. Maar daar zijn dus wel uitzonderingen op.
Toetsing
Om goed voorbereid te zijn op het vogelbroedseizoen is het belangrijk om een deskundig ecoloog in te schakelen die toetst in hoeverre werkzaamheden een schadelijk effect hebben op bezette vogelnesten en hoe die te voorkomen door (preventieve) maatregelen. De ecoloog inspecteert het gebied op broedgevallen voordat de werkzaamheden aanvangen en benoemt maatregelen waardoor verstoring van de bezette nesten wordt voorkomen. In sommige gevallen houdt dit in dat er gewacht dient te worden met de werkzaamheden. Hierdoor wordt een overtreding van de Wet natuurbescherming voorkomen.
Ecoresult B.V. doet broedvogelonderzoek, bepaalt effecten, toetst aan natuurwetgeving en stelt ecologisch werkprotocollen op. Wij zijn u graag van dienst.